Insecten bijten of steken niet zomaar: dit doen ze ter verdediging of om in hun levensbehoeften te voorzien. Met meer dan 1 miljoen soorten insecten ligt het gevaar overal op de loer, toch zijn de meesten onschuldig. Benieuwd welke in Nederland levende insecten bijten of steken?
Verschil tussen stekende en bijtende insecten

Stekende insecten hebben een angel. Deze bevindt zich aan de achterzijde van het insect en is bedoeld ter afweer of voor het doden van een prooi. Via de angel wordt gif in het lichaam van de vijand of prooi gespoten. Insecten met een angel kunnen ook bijten, maar doen dit alleen wanneer hun prooi te klein is om te steken.
Bijtende insecten hebben geen angel maar bewegende monddelen. Deze zijn sterk gekartelde en lijken nog het meest op tandjes. Zo beschadigen ze de huid/ het pantser van hun tegenstander of prooi. Sommige insectensoorten hebben een zuigsnuit gecombineerd met zaagtandjes.
Insectenbeet: 5x bijtende insecten
Welke insecten bijten? Dit zijn insecten die van bloed leven. Bloed bevat belangrijke eiwitten dat bijtende insecten voor overleving en de voortplanting nodig hebben. Een aantal bijtende insecten brengen ziekten over. Veel voorkomende ziekten die door insecten worden overgedragen zijn malaria en de ziekte van Lyme.
Hieronder vijf bijtende insecten die in Nederland veel voorkomen:
- Teken: voeden zich met bloed van zoogdieren (ook mensen), vogels en reptielen. Overbrengers van de ziekte van Lyme en Krim-Congo koorts.
- Vlooien: de kattenvlo komt het meest voor. Leeft voornamelijk van honden- en kattenbloed. Vlooien brengen ziektes als kattenkrabziekte en rickettsia over.
- Muggen: steekmuggen zuigen bloed van mensen en zoogdieren. Vooral exotische muggen brengen ziektekiemen over (malaria, knokkelkoorts).
- Dazen: komen vooral op paarden af, maar bijten ook mensen. Ze zijn erg agressief, waarbij sommige soorten miltvuur of filariasis overbrengen.
- Bedwantsen: komen vooral in hotels voor. Ze leven van het bloed van mens en dier. Dit bijtend insect brengt geen ziektes over.
Andere bijtende insecten zijn mijten, mieren, kevers en sprinkhanen. De laatste drie bijten alleen uit zelfverdediging. Hoewel spinnen niet tot de insecten behoren, kunnen ze de mens wel bijten. In Nederland levende (inheemse) spinnensoorten zijn niet giftig.
Insectensteek: 5x stekende insecten
Alle bijen- en wespensoorten zijn uitgerust met een angel. Hiermee doorboren ze de huid van hun ‘tegenstander’ en brengen gif in. De angel van een bij bevat weerhaakjes en blijft in de huid achter: hierdoor sterft de bij. Wespensoorten hebben een gladde angel die ze terug kunnen trekken. Dit stelt ze in staat om meerdere keren aan te vallen.
Welke insecten steken, zie je hieronder. Dit zijn de vijf meest voorkomende stekende insecten:
- Bijen: honingbijen zijn belangrijke verstuivers. Ze steken alleen ter verdediging van het nest of zichzelf. Bijengif kan een allergische reactie met anafylactische shock veroorzaken.
- Wespen: in Nederland komen verschillende wespensoorten voor waaronder de gewone wesp, Duitse wesp en graafwesp. Wespen zijn een stuk agressiever dan bijen, vooral in het najaar vallen ze snel aan.
- Hommels: behoren tot de bijen maar zijn wolliger. In tegenstelling tot honingbijen kunnen hommels wél hun angel terugtrekken.
- Hoornaars: wespensoorten die tot 3 x groter zijn dan de Europese wesp. Hoornaars zijn minder agressief dan gewone wespen. Hoewel de steek pijnlijker is, werkt het gif minder krachtig.
- Mieren: er zijn mieren die bijten maar ook mieren die steken (steekmieren). Vaak zijn dit rode mieren, maar ook de zwarte zaadmier steekt.
Alleen vrouwelijke stekende insecten hebben een angel. Dit komt omdat de angel is gevormd uit de legboor, iets dat alleen bij vrouwtjes voorkomt.